Bloemen zijn vaak een geliefd onderwerp om te fotograferen en daarom heb ik hier een uitgebreid artikel voor je. De tips voor het fotograferen van bloemen zijn voor tulpen, rozen, gerbera’s, klaprozen, zonnebloemen en ontelbaar veel andere bloemsoorten. Lees over de camera-instellingen, welke objectieven je het beste kan gebruiken, hoe je speelt met het standpunt en meer.
1. Fotografeer bloemen met weinig scherptediepte
Bij het fotograferen van bloemen wil je waarschijnlijk dat de aandacht echt naar de bloem of de bloemen gaat. Fotografeer daarom met weinig scherptediepte, waarbij de wazige achtergrond (of voorgrond) voor meer rust in het beeld zorgt.

Deze bloemen zijn gefotografeerd met een kleine scherptediepte. Hierdoor krijgt de foto een duidelijke focus en is het beeld rustiger.

Door de scherptediepte gaat je aandacht naar de rij met scherpe tulpen.

Deze foto van een amaryllis heeft heel weinig scherptediepte; daarom is alleen de stamper scherp.
Weinig scherptediepte krijg je onder andere door te fotograferen met een groot diafragma. Maar let op: het diafragma is niet de enige factor die de scherptediepte bepaalt. Maak bijvoorbeeld ook de scherpstelafstand kleiner. Hoe dichterbij je komt, hoe kleiner de scherptediepte wordt. Wil je meer weten over scherptediepte en hoe je dit goed voor elkaar krijgt, lees dan het gratis eBook Alles over scherptediepte.

Er is scherpgesteld op het achterste bosanemoontje. Op de voorgrond is het bloemetje onscherp, vanwege de kleine scherptediepte.
Gratis eBook: Alles over Scherptediepte
Meld je net als 37 duizend anderen aan voor de nieuwsbrief van Vink Academy en krijg het eBook (62 pagina’s) helemaal gratis.
De wazige achtergrond door de kleine scherptediepte zorgt in de foto’s hierboven voor meer rust en focus, maar uiteraard is dit niet bij iedere bloemenfoto. Fotografeer je een veld vol bloemen, dan mag je deze ook fotograferen met veel scherptediepte. Deze foto is dan meer een landschapsfoto en alles scherp in beeld werkt prima.

Het bloemenveld is gefotografeerd met veel scherptediepte; alles van voor tot achteren is scherp.
2. Verschillende objectieven zorgen voor verschillende soorten foto’s
Met welke lens fotografeer je bloemen het best? Daar is niet één antwoord op te geven. Bloemen zijn met allerlei verschillende objectieven te fotograferen, maar je bereikt niet met elke lens hetzelfde effect. Vooral als het gaat om de scherptediepte. Wil je een bloemenveldje fotograferen zoals een landschap, dat kan eigenlijk wel met elke lens. Wil je één of enkele bloemen fotograferen en daarbij weinig scherptediepte in beeld? Dat lukt meestal zelfs met een standaard kitlens (18-55) als je deze maximaal inzoomt, het grootste diafragma kiest en dichterbij komt, mits de achtergrond op enige afstand van de bloemen is.
Een 50mm 1.8 is voor het fotograferen van één of enkele bloemen waarschijnlijk wel een betere keuze, omdat door het grotere diafragma de achtergrond sneller wazig is. Het is ook een optie om de bloemen juist te fotograferen met een telezoom objectief, bijvoorbeeld met een 70-300 lens, waarbij je veel inzoomt om het effect van een wazige achtergrond te bereiken.
Macrofotografie
Wanneer je vooral de details van de bloem wilt vastleggen, dan heb je waarschijnlijk een macro-objectief nodig. Wat een macrolens onderscheid van een telelens, is dat je bij een macro-objectief van heel dichtbij nog op de bloem kan scherpstellen. Soms zelfs op slechts enkele centimeters van de bloem af! Dit zorgt ervoor dat de details dus groot in beeld komen.
Bij een macro-objectief ben je bij het fotograferen van details vaak zelfs zo dichtbij, dat een diafragma van f/8 of kleiner nodig is om te zorgen dat de scherptediepte juist niet té klein wordt.
Bij de keuze in objectieven is het dus vooral belangrijk om rekening te houden met het effect dat je voor ogen hebt. Verwacht niet dat je met elke lens hetzelfde resultaat krijgt en dat je soms andere instellingen moet kiezen. Door de beperkingen van elk objectief in gedachten te houden, voorkom je hopelijk frustraties en teleurstellingen.

Door het standpunt en het groothoekobjectief is alles op de foto scherp. Dit maakt de foto druk en onrustig. (24-70mm @ 24mm f/4.5)

Door in te zoomen en een lager standpunt te kiezen, wordt de foto nu al iets rustiger. (24-70mm @ 70mm f/4.5)

Met een macro-objectief komen de bloemen groter in beeld en wordt de scherptediepte ook kleiner (105mm f/4.5)

Omdat je met een macro-objectief van heel dichtbij kan fotograferen, worden zelfs de kleinste details zichtbaar. Zoals dit insect van slechts een paar millimeter groot.

Deze dahlia is gefotografeerd met een compactcamera op de macrostand.
3. Handmatig scherpstellen
Wanneer je fotografeert met erg weinig scherptediepte, dan is het belangrijk dat jij precies aangeeft waarop je wilt scherpstellen. Dit doe je door het scherpstelpunt te verplaatsen. Als je dit aan de camera overlaat, dan komt de focus misschien wel op het verkeerde punt te liggen. Vooral als je erg dichtbij bent met een macro-objectief – omdat je bijvoorbeeld de stuifmeeldraden van een bloem wilt fotograferen – dan is het voor je camera vaak lastig om scherp te stellen op basis van het geselecteerde scherpstelpunt. Gebruik in dat geval de manuele focus en draai de focusring van voor naar achteren om te bepalen waar jij de scherpte wilt leggen!

In deze foto ligt de scherpte net iets teveel naar voren, waardoor het gele binnenste van de bloem onscherp is.

De focus is hier enkele millimeters verplaatst, waardoor de scherpte nu wel klopt.


Gebruik de slider om het verschil te zien. Ook voor deze bloem moest de focus heel specifiek gekozen worden.

Hoe kleiner de scherptediepte, hoe belangrijker het is om een duidelijk scherpstelpunt uit te zoeken (met autofocus of handmatig scherpstellen)
4. Houd de sluitertijd goed in de gaten tijdens bloemen fotografie
Het is belangrijk om de camera goed stil te houden als je fotografeert met een macro-objectief, of als je veel ingezoomd hebt. Doordat het beeld wordt vergroot door de lens is een kleine beweging van het objectief sneller zichtbaar. Een minimale beweging kan zelfs resulteren in een onscherpe foto. Houd de sluitertijd daarom altijd goed in de gaten en fotografeer zo nodig met een statief. De meeste statieven hebben alleen een minimale hoogte (bijvoorbeeld 30cm) en het is goed mogelijk dat dit te hoog is bij het fotograferen van kleine bloemen. Een alternatief is dan een rijstzak of een (gorillapod) bolletjesstatief. Heb je geen statief mee? Verhoog dan de ISO-waarde om te voorkomen dat de sluitertijd te lang wordt.

Het is afhankelijk van het statief hoe laag je bij de grond kan fotograferen. Een standaard statief kan in de laagste stand toch nog te hoog zijn voor het fotograferen van de bloemen

Een zogenaamd bolletjesstatief is dan een goed alternatief.
5. Laat het bloemenveld voller lijken door je standpunt en inzoomen
Wil je een bloemenveld voller laten lijken? Fotografeer de bloemen van een afstand en zoom met de lens goed in. Door het zoomen lijken de bloemen dichter bij elkaar te staan dan wanneer je deze van dichtbij zou fotograferen met een groothoeklens. Een soort optisch bedrog dus.

Deze foto werd gemaakt met een groothoekobjectief. Door het hoge standpunt zit er veel ruimte tussen de bloemen. (24-70mm @ 24mm)

Met een lager standpunt ziet het bloemenveld er al een stukje voller uit (24-70mm @ 24mm)

Hier heb ik verder ingezoomd op het bloemenveld. De bloemen lijken zo een stuk dichter op elkaar te staan.

Fotografeer je een groot en lang bloemenveld? Hier was geen zoom-objectief nodig om het veld vol te laten lijken.

Bij deze foto is er niet alleen ingezoomd, ook is de camera tussen de bloemen geplaatst. Je krijgt zo echt het gevoel dat je tussen de bloemen door spiekt. Probeer wel een duidelijk focuspunt te vinden.
6. Wees creatief met je standpunt
Vaak zul je op een bloem ‘neerkijken’, maar dat is niet altijd het beste standpunt voor de foto. Ga op zoek naar een mooie compositie door bijvoorbeeld eens door je knieën te gaan. Hoe ziet de foto eruit als je de bloem fotografeert vanaf dezelfde hoogte, of juist iets eronder of daarboven? Dit kan een groot verschil maken in de foto, ook omdat de achtergrond hierdoor anders wordt.
Of fotografeer bijvoorbeeld eens bloemen vanuit kikkerperspectief, waarbij je dus tegen de bloemen op kijkt. Hoe hoger de bloemen zijn, hoe gemakkelijker dit gaat – zoals bij zonnebloemen. Maar ook bij lage bloemen is dit vaak mogelijk als je zelf plat op de grond ligt. Neem eventueel een matje of vuilniszak mee zodat je kleding niet te vies wordt als de grond nat of modderig is.

Varieer ook eens in standpunt bij het fotograferen van bloemen. Deze foto maakte ik met een kikkerperspectief, zodat de blauwe lucht de achtergrond werd.

Door het lagere standpunt is bij deze foto ook de binnenkant van de bloem deels zichtbaar. Dit detail mis je als je teveel van boven fotografeert.

Door het lage standpunt steken de gele tulpen mooi af tegen de blauwe lucht.

Deze distelbloem werd recht van boven gefotografeerd. Door de kleine scherptediepte geeft dit een tof beeld.
7. Let op de achtergrond en vermijd storende elementen
Let tijdens het fotograferen van de bloem ook altijd goed op de achtergrond en eventuele andere bloemen. Zijn er elementen in de foto die de aandacht wegtrekken van het onderwerp? Haal bijvoorbeeld verdorde blaadjes of storende grassprietjes weg om meer rust in de foto te creëren. Maak het alleen niet te gek en verstoor de natuur niet teveel. Let ook op of er geen aarde of andere vuiltjes op de bloem zitten. Vooral bij macrofotografie is dit snel storend, omdat deze vuiltjes dan duidelijk zichtbaar zijn. Door even te blazen (eventueel met een speciaal blaasbalgje) haal je het weg. Dit scheelt je tijd met het bewerken van de foto.

De dorre bloem bovenin verstoort het beeld.

Door een klein beetje ’tuinieren’ en de dorre bloem weg te halen, krijgt de foto meer rust.
8. Speel met licht!
Speel met licht, ook als je bloemen gaat fotograferen. Staat een bloem in de schaduw, dan krijg je een hele andere sfeer dan wanneer de bloem in de zon staat. Tegenlicht van een laagstaande zon kan de foto ook een extra warme sfeer geven. Het gouden uurtje werkt vaak goed bij landschapsfoto’s, maar ook bij het fotograferen van bloemen.

De positie van het licht maakt soms een groot verschil in de sfeer in de foto. Deze foto’s van een stel krokussen zijn gemaakt met tegenlicht, waarbij de zon bijna onder ging.

Wanneer de zon recht in de lens schijnt, geeft dit vaak lensflare. Het verschil tussen deze foto en de foto hierboven is slechts een paar millimeter kanteling van de camera. Deze foto heeft een veel warmere sfeer.

Deze foto is ’s middags gemaakt. Het geel van de zonnebloemen steekt mooi af tegen de blauwe lucht

Tegenlicht aan het einde van de dag geeft de foto een heel andere sfeer.

Dit was op een bewolkte middag. De kleur van de klaprozen is intens omdat je geen harde schaduwen in beeld hebt.

Deze foto van de klaprozen met tegenlicht aan het einde van de dag is warmer. Ook is er door het tegenlicht meer diepte in de foto gekomen.

Een heel klein bloemetje. Het bloemetje staat in de zon.

Hetzelfde bloemetje, maar nu in de schaduw. Wat een verschil he? Door te spelen met licht geef je de foto echt een andere sfeer.

Boshyacint gefotografeerd als silhouet. Op de achtergrond zie je het licht van de opkomende zon door de bomen schijnen.
9. Bloemen & druppels: een mooie combinatie
Bloemen en waterdruppels vormen een hele mooie combinatie! Bij het fotograferen met een macro-objectief vallen de druppels nog meer op.

Tulpen na een regenbui in de Keukenhof.

Macro-foto van een tulp met druppels.

Speel met de focus en kijk of je de druppels ook mooi scherp op de foto krijgt.
Als tegenlicht gecombineerd wordt met dauwdruppels op de bloemen, geeft dat bij weinig scherptediepte een extra sprankelend effect door de bokehrondjes die dan ontstaan.

Achter de bloemen staat een sproeier aan. Door de kleine scherptediepte ontstaan er op de achtergrond bokehbollen

Achter de rozenstruik heeft de sproeier aangestaan. Door het tegenlicht en de druppels ontstaan er bokehbollen op de achtergrond.
10. Oplossing tegen de wind bij bloemenfotografie
De wind is snel een spelbreker bij het fotograferen van bloemen. Als het waait is het voor de camera lastig te focussen door de beweging van de bloemen door de wind. Vooral als de bloem die je wilt fotograferen dichtbij staat. Een simpele oplossing is dan om de steel of de bloem zelf vast te houden in de ene hand en te fotograferen met je andere hand. Zoomen of de manuele focus gebruiken is wel een stuk lastiger als je maar met één hand fotografeert.

Ik hield de blauwe druifjes vast bij het steeltje tijdens het fotograferen

Bij de macrofoto van de blauwe druifjes zie je mijn hand niet meer. Maar hierdoor voorkwam ik wel dat de bloem bewoog door de wind.
11. Rode bloemen fotograferen is lastig!
Rood is de lastigste kleur voor je camera om vast te leggen: deze kleur is het snelst overbelicht. Vooral felrode bloemen zoals rode tulpen of klaprozen geven nog wel eens problemen. Het rood lijkt dan op de foto helemaal dicht te lopen. Belicht de foto eventueel iets onder om de belangrijke kleurinformatie nog te behouden en houd ook het histogram goed in de gaten.

De kleur rood is het snelste overbelicht. Voorkom overbelichting door het histogram in de gaten te houden, zodat de kleur niet dichtloopt.

Klaprozen. Bij het bewerken van de foto zijn de hooglichten iets omlaag getrokken, waardoor het rood mooier oogt.
12. Bloemen + bijtjes
Heb je een macrolens op je camera zitten? Kijk dan of je ook insecten op de bloemen kunt vinden. Denk aan lieveheersbeestjes, vlinders, bijen en mieren. Niet altijd gemakkelijker, maar wel extra gaaf als het lukt.

Lieveheersbeestje op een wilde magriet.

Bij op een passiebloem

Hoe deze vlinder en bloem heten, weet ik niet ;)